VI-bargast wil nooit meer komen: ‘Tot op het bot beledigd’
VI-bargast wil nooit meer komen: ‘Tot op het bot beledigd’
Wilfred Genee, René van der Gijp en Johan Derksen hebben “zeer aangeslagen” gereageerd (zie video) op het nieuws dat de mannen bij Vandaag Inside niet hoeven te rekenen op een tweede bezoekje van Annemiek van Vleuten. De voormalig wielrenster was recent bargast, maar vond dat “niet voor herhaling vatbaar”.
“Ik zit hier toch een beetje als een aangeslagen man”, zei Wilfred. “Dat is toch de eerste keer in de historie van dit programma dat wij afgewezen worden, en niet dat wij zelf iemand affikken op tv. Maakt niet uit? Ik zit er verschrikkelijke mee!”
Johan haakt in: “Ik was altijd supporter, maar ze kan nou het lazarus krijgen.” Op een serieuzere toon; de analist begrijpt Annemiek wel. “Dat meisje kende dit programma niet. Dan kom je hier plompverloren als je gewend bent aan zo’n vredige tafel te zitten waar iedereen even de beurt krijgt om zijn zegje te doen, en dan kom je in deze Babylonische spraakverwarring terecht.”
Maar daarna begon toch ook weer het cynisch geinen: “Ik vond het een matige fietser”, lachte René. En Johan: “Kon niet sprinten, kon niet tegen een berg op! Van Vleuten is een keiharde vrouw. Wij hebben ook gezinnen thuis, en een hond. Ik ben in al die jaren nog nooit zo tot op het bot beledigd!”
‘Niet voor herhaling vatbaar’
In de rubriek In De Wandelgangen zei Annemiek na afloop van hun uitzending in gesprek met Wilfred: “Ik vond het wel leuk om een keer bij aanwezig te zijn. Maar het was niet voor herhaling vatbaar, nee”, (zie video hierboven). Wilfred: “Wij analyseren na afloop altijd onze gasten, dan vallen er een heleboel af en zo nu en dan mogen ze door. Maar nu vallen wij af. Het is wel jammer dat ik hier in mijn eentje sta, hier had de rest ook bij moeten zijn. Je vond het eigenlijk niks, dat is wat je zegt?”
De voormalig wielrenster besloot: “Ik zat hier als analist van het wielrennen, dat vind ik leuk. Maar wat jullie verder bespreken, prima, maar daar hoef ik me niet mee te bemoeien.”