Francken benadrukte de noodzaak om fors te investeren in het Belgische leger, zeker nu de geopolitieke situatie verslechtert. Hij pleit voor een versnelde verhoging van het defensiebudget naar 2 procent van het BBP vóór 2029, zoals overeengekomen in het regeringsakkoord. “Maar dat is te traag, ik wil het proces versnellen,” aldus de minister. België telt vandaag ongeveer 24.000 militairen.

Hoewel een verplichte legerdienst volgens Francken niet haalbaar is vanwege een gebrek aan infrastructuur en personeel, zal hij een “vrijwillig militair dienstjaar” invoeren. “Alle jongeren van 18 jaar, mannen en vrouwen, krijgen een brief met de uitnodiging om zich vrijwillig een jaar in te zetten voor Defensie.”

Francken bevestigde dat België zich blijft scharen achter de NAVO en dat het nucleaire afschrikmiddel van de alliantie een cruciale rol speelt in onze veiligheid. Toch erkent hij de huidige crisis binnen de alliantie, vooral door de onvoorspelbare houding van Donald Trump.

Wat betreft een gemeenschappelijk Europees leger is Francken sceptisch: “Een Europees superleger is onrealistisch. Frankrijk, bijvoorbeeld, zal zijn militaire soevereiniteit nooit overdragen aan de EU.” Hij pleit wél voor nauwere samenwerking tussen Europese legers, zoals een gezamenlijk hoofdkwartier en gedeelde operaties.

Op de vraag of België troepen zou sturen voor een vredesmissie in Oekraïne, antwoordde Francken resoluut dat dit enkel kan onder strikte voorwaarden: “een duidelijk vredesakkoord, heldere engagementregels en luchtsteun.”